De Loffelyke Compagnie Schutterije

der Fortresse Delfzijl 1629  - 1795


Met de vondst van een zerk bij graafwerk rond de Centrumkerk, tussen de Molenberg en het Commandentsplein in Delfzijl, begon een onderzoek dat resulteerde in een boek over het bestuur van de vesting Delfzijl in de periode 1629 - 1795.  Eerst naar de de namen op de zerken die nog slechts voor een deel leesbaar waren: P..ter M…… en Joest Schut. Vooral de eerste was interessant, omdat bij die naam werd vermeld dat hij “vaandrich” was bij de Borgerij in de Fortresse Delfzijl.

Hij overleed op 13 augustus 1665.

Het onderzoek leverde de volledige naam, namelijk Piet Michiels.

Hij bleek familie te zijn van personen waarvan de zerken in de zuid- en oostkant tegen de kerkmuur staan. Siurt Jansen Klempenhof (zuidkant) bleek een zwager te zijn van Pieter. Siurt was getrouwd met Geertien Bockes, de zus van Pieters vrouw Eenije Bockes. Geertien en Siurt hadden een dochter Jantien. Geertien overleed op 22-jarige leeftijd, hun dochter stierf waarschijnlijk in hetzelfde jaar en werd bij haar moeder in hetzelfde graf begraven. Joest Schut was waarschijnlijk een aangetrouwd kleinkind van Pieter Michiels.

We vonden dus een hele familie bij elkaar, bij de Centrumkerk.

Pieter Michiels was vaandrig bij de Borgerij, de Burgerwacht, en veerman op het veer tussen Delfzijl en Emden.

Siurt Jansen Klempenhof was commies bij de provincie, hopman, wijnkoper en kousenbreier.

Joest Schut was omstreeks 1700 ouderling van de Hervormde Kerk.

Het volgende onderzoek leverde een verrassend beeld van het bestuur van de vesting Delfzijl, van kerkbestuur tot stadhouder.


Foto’s hiernaast

Links: de zerk van Siurt Jansen Klempenhof

Rechts: de zerk van Geertien Bockes en dochter Jantien

Pieter Michiels, vaandrich bij de Borgerij in de Fortresse Delfzijl

Joest Schut, borger in de  Fortresse Delfzijl

Volgende